Nu de motor in het magazijn van de luchthaven staat is het behelpen. Het voelt alsof mijn reis op pauze staat en dat wil ik niet want er valt veel te zien in Nepal.
Zo’n 16 km verderop ligt het stadje Bhaktapur. Bekend van zijn ‘Durbar Square’ met tempels, pleintjes en smalle straatjes. In de taxirit er naar toe zie ik hoe de stad Kathamandu in razend tempo uitbreid. Overal worden huizen gebouwd en het zal niet lang meer duren voordat Bhaktapur een wijk van Kathmandu zal worden lijkt me.
Het guesthouse waar ik twee nachten ga verblijven ligt midden in het centrum en van daaruit is het erg gemakkelijk om het stadje te verkennen. Het lijkt wel een openluchtmuseum en dat trekt veel toeristen, schoolreisjes en verloofde paartjes met bijbehorende fotografen aan. Ik proef er de lokale specialiteit: JuJu Dhani, kwark van de melk van waterbuffels. Het smaakt naar een kruising tussen kwark en cheesecake. Heerlijk! Net als çay wordt het in een wegwerpschaaltje van aardewerk geserveerd.
Het is goed toeven op de verschillende pleintjes, maar na twee dagen heb ik het wel gezien en neem ik na een zonnig ontbijt een taxi terug richting Kathmandu.
Om precies te zijn, naar de Pashupatinath tempel aan de rand van de stad. Deze is niet toegankelijk voor buitenlanders maar op de oever achter de tempel worden overledenen gecremeerd. Ook Varanasi, in India, is een stad die er bekend om is, maar moest ik door tijdgebrek overslaan.
Net als veel Nepalezen ga ik aan de overkant van het riviertje zitten om alles te bekijken en in me op te nemen. Het is een komen en gaan van families met hun dierbare overledenen. De ontzielde, bedekte lichamen worden door de familie aan de oever gelegd en aanbeden met bloemen, water en geld. Daarna wordt het lichaam op een brandstapel verbrand op een manier waardoor je het lichaam niet ziet. Gelukkig zit ik wel gunstig in de wind want de rook is verstikkend.
Na dit indrukwekkende schouwspel deel ik een taxi met drie Franse jongeren, die toevallig naar de Boudha Stupa, vlak bij mijn guesthouse, willen. Ik toon ze de ingangen van het klooster en de stupa, waarna onze wegen splitsen. Aan het einde van deze dag met veel indrukken loop ik een paar rondjes mee met de biddende mensen bij de stupa en geniet ik nog net van de warme middagzon.
Via een gezamenlijke nederlandse vriend heb ik de nepalese student Golden leren kennen. Na enkele ontmoetingen heeft hij me uitgenodigd om mee te gaan naar de school waar hij zijn hele jeugd heeft doorgebracht. Het is een heel belangrijke plek voor hem. Zijn ouders wonen in een klein dorp, 3 dagen reizen vanaf Kathmandu, en Golden heeft van kleuterschool tot hij ging studeren op deze school gezeten en ver van huis in een hostel en zelfs bij de rector gewoond.
Golden, zijn vriend Khemu en ik worden dan ook hartelijk ontvangen en na een rondleiding door de school zien we hoe de leerlingen netjes in rijen en heel gedisciplineerd naar de lokalen worden gestuurd en bezoeken we enkele klassen. Alle leerlingen dragen hetzelfde uniform: de jongste klassen een soort van trainingspak en muts en de oudere klassen een mooi pak met stropdas en blazer. Deze laatste kunnen we helaas niet in de klas bezoeken omdat ze vandaag examens hebben. Overal kom ik vrolijke en enthousiaste leerlingen tegen en het voelt dan ook echt als een fijne plek waar de leerlingen en het personeel het erg naar hun zin hebben. Na een afsluitend praatje met de rector nemen Golden, Khemu en ik weer de taxi terug naar Boudha, waar we, na een kop koffie met uitzicht op de stupa, afscheid van elkaar nemen.
Dit bericht is geplaatst in Azie, Nepal