Ik ben op weg naar de hoofdstad van Cambodja, Phnom Penh. Een flinke route van 300 km, over voornamelijk autoweg. Een autoweg hier is echter niet te vergelijken met Europa. Vandaag zijn onderweg zijn veel werkzaamheden en dan wordt één rijrichting van de vierbaansweg afgesloten en verandert de andere helft in een tweebaansweg met tegemoetkomend verkeer. Op het hele traject is het echter onduidelijk waar wel of niet gewerkt wordt door het gebrek aan aanduidingen, waardoor allebei de tweebaanswegen in alle rijrichtingen worden gebruikt. Gelukkig houd iedereen wel netjes rechts met rijden, want het aantal spookrijders is dus ontelbaar.
Als ik Phnom Penh door een groot industriegebied in rij valt me de stank het meeste op. Het lijkt we of de hele kippen industrie van het land hier gevestigd is. Het is een enorme stad met 2,5 miljoen inwoners. Gelukkig is toeteren ook hier verboden.
Na het inchecken in het hotel zoek ik een straatrestaurantje op en in mijn noedelsoep zit een verrassing: een kippenembryo. De soep is heerlijk maar het kuiken laat ik toch even voor wat het is.
De volgende ochtend bezoek ik het Tuol Sleng (S21) Genocide Museum. Een voormalige school die door het Rode Khmer regime in 1975 werd omgebouwd tot gevangenis en verhoorcentrum. Dit was de belangrijkste van de 120 vestigingen door het hele land. Alleen al hier werden naar schatting 20.000 Cambodjanen die als vijand van het regime werden gezien, gemarteld en vermoord. Slechts 12 overleefde deze hel, waaronder enkele kinderen.
Hoog tijd om even mijn gedachten te verzetten met een bezoek aan The Royal Palace. Helaas is het paleis zelf gesloten wegens werkzaamheden maar de zilveren pagodes en de tempels er omheen zijn prachtig.
Dit bericht is geplaatst in Azie, Cambodia