Ik ben in Malakka, een kleurrijke kunststad in het zuidwesten van Maleisië. Deze Unesco werelderfgoed stad was in de Nederlandse koloniale tijd een belangrijke handelscentrum en dat is nog goed te zien. Het rode pleintje in het midden van de stad dankt zijn kleur zelfs aan ingevoerde Nederlandse bakstenen. Langs de rivier en in de stad zijn veel oude huizen en gebouwen opgevrolijkt met mooie straatkunst of frisse kleuren.
Het is er heerlijk rondwandelen want er valt veel te zien. Zo veel dat ik het niet ga halen in slechts 2 dagen of met mijn maximale 10 foto’s per dag. 😀 Ik boek een nachtje bij want ik heb een kleine maar vervelende ontsteking aan de nagelriem van mijn vinger, waar ik met motorrijden last van heb. En een dag extra rondlopen in Malaka is absoluut geen straf.
Als het donker wordt is het nog leuker in Malaka. Overal hangt gekleurde verlichting en de fietstaxi’s, die er overdag al geweldig uitzien, zijn ware oplichtende kunstwerkjes. Dat valt vooral bij de vele Chinese toeristen enorm in de smaak. Die zijn helemaal weg van de Pokemon en Hello Kitty versieringen.
In het weekend verandert de beroemde Jonker Street, onderdeel van Chinatown, in een avondmarkt en schuifel ik samen met de toeristen langs de vele kraampjes. Maar gelukkig is het heerlijk uitpuffen op de kade van de rivier. Onder het genot van een biertje geniet ik van de vele rondvaartboten en toeristen die langs komen. Het doet een beetje aan de Utrechtse grachten met al de barretjes en restaurants denken.
Zo kan ik al een beetje aan mijn terugkeer naar Nederland wennen, want dat zit er aan te komen. De vrachtvlucht is gereserveerd en mijn terugvlucht geboekt. Rest me nog maar één laatste dag motorrijden deze reis; van Malakka naar Kuala Lumpur, van waar ik 20 juli naar huis vlieg. Maar ik ga wel eerst nog even van die wereldstad genieten!
